24 oktober 2016
SGP-JONGEREN AAN HET WOORD - De mantelzorg der liefde
De mantelzorg der liefde
SGP-jongeren vindt dat in het belastingstelsel meer waardering moet komen voor maatschappelijke participatie van burgers. Naar aanleiding van de steeds weer terugkerende maatschappelijke discussie over het belastingstelsel, laat SGP-jongeren dit geluid opnieuw horen.
Meer dan werk alleen
In de belastingplannen van het kabinet is er veel aandacht voor werk. Het scheppen van banen zorgt voor meer welvaart. Maar banen en welvaart is niet het enige dat telt in onze samenleving. Zeker in een tijd waarin de verzorgingsstaat wordt afgebouwd, moeten burgers omkijken naar elkaar. Dat is de kern van de participatiesamenleving. Maar om deze participatie mogelijk te maken, zijn goede randvoorwaarden vereist. Dat betekent geen eenzijdige focus op banen, inkomen en geld, maar ondersteuning voor burgers die vrijwillig voor elkaar zorgen. Deze ondersteuning moet concreet gestalte krijgen in het beleid. Daarom vindt SGP-jongeren dat er een participatiekorting binnen het huidige stelsel moet worden ingevoerd.
Participatiekorting
Een participatiekorting is een belastingkorting voor mensen die vrijwillig en zonder financiële vergoeding (behalve een onkostenvergoeding) hulp verlenen aan hun naaste. Allereerst is deze bedoeld als waardering voor het belangrijke werk dat zij verrichten. Ten tweede is de korting bedoeld als compensatie voor belastingnadelen waardoor mantelzorgers worden getroffen. Deze belastingnadelen ontstaan door de huidige focus op werk in het belastingstelsel. Huishoudens waar één persoon werkt, moeten veel meer belasting betalen. Als de ander er voor kiest om maatschappelijk werk te verrichten, kost dit dus extra geld. Deze hoge belastingaanslag is onterecht, omdat er belangrijk werk wordt verricht. Daarom is de korting bedoeld als compensatie voor deze kosten. Door deze compensatie wordt het vrijwilligerswerk veel beter mogelijk gemaakt.
Geen stimuleringsbeleid
Iedere belastingmaatregel prikkelt mensen. Daarin verschilt deze maatregel niet van andere maatregels. Het is positief als mensen door deze maatregel meer gaan doen voor een hulpbehoevende naaste. De participatiesamenleving wordt hierdoor versterkt. Tegelijk is het gevaar dat mensen vanwege het geld mantelzorg gaan verlenen. Maar zorg voor de ander moet voortkomen uit liefde voor de ander en niet uit liefde voor de eigen portemonnee. Dit effect moet zoveel mogelijk beperkt worden. Daarom wil SGP-jongeren de bedragen die horen bij deze korting niet te hoog maken.
Conclusie
Een participatiesamenleving vraagt om participatie door burgers. Dat vraagt om een overheid die goede randvoorwaarden schept. Het huidige afstraffende beleid moet plaats maken voor een ondersteunend beleid. Het is de toekomst voor onze participatiesamenleving. Maar bovenal is het een Bijbelse opdracht, zoals we lezen in de gelijkenis van de barmhartige Samaritaan. ‘En hij, tot hem gaande, verbond zijn wonde, gietende daarin olie en wijn; en hem heffende op zijn eigen beest, voerde hem in de herberg en verzorgde hem’ (Lukas 10:34).
Arthur Polder
Commissie Sociaal Economische Zaken, SGP-jongeren