30 september 2013
Ermelo en recreatie
In een aantal bijdragen zijn een aantal zaken belicht die eigen zijn aan onze gemeente Ermelo.
Achtereenvolgens waren dat Ermelo als zorgdorp vanwege het grote aantal zorginstellingen die onze gemeente huisvest. Vervolgens Ermelo en zijn kazernes. Vanouds is de gemeente bekend als belangrijke legerplaats. Een derde belangrijk aspect dat aan de orde is gekomen is de bedrijvigheid in onze gemeente. Als vierde willen we nu ingaan op de recreatie in de gemeente.
Ermelo en recreatie zijn onlosmakelijk aan elkaar verbonden. De combinatie van het dorpse karakter, bos, hei, weilanden en water staan sinds jaar en dag garant voor veel extra overnachtingen binnen onze gemeente. De site van de gemeente Ermelo beweert zelfs dat recreatie de grootste inkomstenbron is binnen onze gemeente. Helaas ontbreekt de onderbouwing hiervan en wordt het zomerse inwonertal jaar op jaar op 60.000 geschat. Of dit ook daadwerkelijk zo is, is maar de vraag, de eigen inwoners vieren immers ook vakantie buiten de woonplaats en zouden in mindering gebracht moeten worden op het totaal. Laten we ervan uitgaan dat er ’s zomers regelmatig meer dan 50.000 mensen binnen onze gemeentegrenzen verblijven, het inwoneraantal van een stad.
Onze gasten verblijven veelal op één van de 120 recreatiebedrijven die ons grondgebied kent, al zijn er inmiddels een redelijk groot aantal parken waar een toerist ver te zoeken is. Een kwart van alle vakantiewoningen op de Veluwe staat in Ermelo, waarvan een flink deel niet meer aan de huidige vraag voldoet. Het vraagstuk over de toekomst van dit soort parken ligt op dit moment op de collegetafel, er zullen voorstellen naar de gemeenteraad komen om de verpaupering en de verloedering tegen te gaan en een besluit te nemen over wat wel en niet is toegestaan. Dat het vraagstuk permanente bewoning ook weer aan de orde zal komen lijkt daarmee vanzelfsprekend. Inmiddels is er ook een beroep gedaan op provinciaal geld om de revitalisering gestalte te kunnen gaan geven. Deze week werd ik nog gewezen op de welig tierende drugshandel op een tweetal parken in het Tonselse Veld. Dat er wat moet gebeuren is wel duidelijk. Vooruitlopend op de aanvraag bij de provincie hebben we ons Statenlid, Klaas Ruitenberg met zijn rechterhand, Henk Wobben rondgeleid op twee prachtige recreatiebedrijven om trots op te zijn, de Paalberg en het Betere Boerenbed. Totaal verschillend, maar beiden voorzien in een grote behoefte.
Dat ons winkelbestand (nog) ruim is te noemen ten opzichte van het aantal inwoners, is redelijk zichtbaar. Zeven supermarkten, diverse bakkers en slagers, vier drogisterij formules, relatief veel grootwinkelbedrijven en gratis parkeren niet te vergeten. We hoeven geen onderzoek te doen om te constateren dat dit mede te danken is aan onze gasten. En wat te denken van de werkgelegenheid op de parken? Al met al is het een sector waar we hoog nodig eens de spin off in kaart zouden moeten gaan brengen.
Laten we het principiële aspect niet vergeten! Wat zijn de effecten op bijvoorbeeld de zondagsrust? Zowel bij de eigen inwoners als bij onze gasten is er een groeiende behoefte om ook op zondag te winkelen en uit eten te gaan. Toch hebben alle gasten die hier verbleven tot de dag van vandaag voor Ermelo gekozen, zonder dat er winkels open waren op zondag. Het is nu aan de politiek verantwoordelijken om het huidige beleid vast te houden!
LAvdV